Het doel van een stad is economische groei. Steden ontstaan uit kansen - denk aan goudkoorts. Steden sterven wanneer de kansen opdrogen. Steden bestaan omdat nabijheid de kosten van het uitwisselen van goederen, diensten en ideeën verlaagt. Dichte clusters van mensen en bedrijven delen infrastructuur, specialiseren meer en innoveren sneller omdat informatie gemakkelijker stroomt. Meer mensen in steden versterkt deze netwerkeffecten: meer vaardigheden, meer bedrijven, meer culturele variëteit, meer ideeën die botsen. Dat verhoogt de productiviteit en de rijkdom per persoon. Beperkingen op huisvesting blokkeren dit door mensen te dwingen te verhuizen, kosten te verhogen en de reden waarom steden ontstaan te verzwakken. Dus een grotere woningaanvoer behoudt en versterkt de productiviteitsmotor die steden waardevol maakt.